DE BIJL: ENTER THIS BODY
Kunst is sexy, kunst is spannend, actuele kunst gaat over jou tijd en jouw cultuur, het prikkelt de fantasie, het lijf en de leden, en scherpt het verstand aan. Met het enter project wil de adviescommissie van De Bijl beloftevolle nieuwlichters binnen de beeldende kunst, performance, video, … op gestructureerde wijze een plaats geven in haar beleid. Enter kan je op verschillende manieren interpreteren. Enteren is de gekende manier van piraten, lees de nieuwe generatie kunstenaars, om een schip (de kunstscène) te veroveren. Enter kunnen we ook zien in de betekenis van ‘zijn intrede doen’ iets afsluiten (met de enter toets) om opnieuw te beginnen.
Enter, this body is een samenvoeging van enter en de subtitel this body. In deze tentoonstelling bracht werkgroep de bijl vijf hedendaagse kunstenaars samen die gebruik maken van de menselijke figuur en hem hun eigen inhoud en/of handelen opleggen. Sommigen creëerden hiervoor een fictief personage als drager van hun artistiek project. Anderen vertrekken van de mens, de bezoeker en voegden er objecten aan toe, regisseerden hem, of dwongen hem tot fysieke deelname aan hun universum waardoor hij onlosmakelijk deel wordt van het kunstwerk. Door fictieve of concrete figuren te exploreren, uit te kleden, verwonden, citaten in de mond te leggen, … ontstaat er een dialoog tussen de maker en object, tussen publiek en kunstwerk. Als de schaduwspelers achter de muur, in Plato’s grot, creëerden deze kunstenaars met hun attributen een eigen universum en de bezoeker kijkt toe. In tegenstelling tot de gevangenen in Plato’s grot kunnen zij echter vrij bewegen en op zoek gaan naar de diepere betekenis van de geregisseerde werkelijkheid. Een werkelijkheid die alleen in het hoofd van de kunstenaar bestaat en die soms poëtisch, grotesk, vreemd kan lijken.
Carina Gosselé’s interesse gaat uit naar de waarnemingspsychologische processen van individuen in tijd en ruimte.
Zij confronteert de bezoeker met een visueel residu van haar gereconstrueerde innerlijke wereld.. Concreet krijgen haar gedachten vorm in de ruimte waar haar performances, video’s en installaties ontstaan. In dialoog met de toeschouwer vormt er zich een nieuwe realiteit.
Voor ‘Trans- Dance’ (Het Latijnse woord trans betekent ‘aan de overkant van, over, over...heen) vroeg Carina Gosselé verschillende mensen voor haar camera te ‘bewegen’. De figuren kregen de opdracht te putten uit hun recent of ver verleden en te dansen op hun lievelingsmuziek zoals die in hun herinnerring leeft. Als werden ze terug in de tijd gekatapulteerd, in hun favoriete dancing, fuivend met vrienden of in trance tijdens een wild feestje. Alleen voor de camera zonder muziek, zonder de mensenmassa om zich achter te verstoppen krijgen de figuren iets kwetsbaar, naakt, puur. Carina Gosselé analyseert door middel van haar onderwerp de dansende mensen die putten uit hun herinnering. Voor de toeschouwer werkt dansen hier als een reflectiescherm. We zien dansende mensen maar tegelijkertijd dalen we zelf ook af in onze herinneringen. Deze verdubbeling werkt op een onbewust niveau door.
Als je je laat meevoeren in Gosselé’s werk dan komt er een spel op gang tussen lichaam en geest, van toe-eigening en herkenning. Dans, herinnering en reconstructie vullen elkaar aan. Het is deze mentale vervreemding die als ontvreemding wordt ervaren. Het beeld van Gosselé’s innerlijke wereld wordt zelfbeeld.
Whath if i would be an artist? Is de vraag waarmee de performance van Marthe Van Dessel in De Bijl aanvangt. Deze vraag lijkt op het eerste gezicht tegenstrijdig en zelfs een beetje provocerend aangezien Marthe ’s werk in een tentoonstellingsruimte samen met werk van andere kunstenaars getoond wordt.
Voor Marte Van Dessel is niets echter vanzelfsprekend. Haar performances staan bol van tegenstrijdigheden, taalspelletjes en kunstsociologische beschouwingen. Via een imaginair personage tracht ze het publiek deelachtig te maken van haar hoogst individuele bespiegelingen. Hierbij worden alle zekerheden in vraag gesteld, graaft ze naar de wortels van de kunst, de maatschappij, het bestaan. Ze pakt vrouwen-, mannen-, en genderkwesties aan, toont beeld- en woordcombinaties met een grote veerkracht. Waarom zijn kunstenaars arm? Wat is zelfpromotie? Houd je me voor de aap? Zijn kunstenaars sterren? Het zijn allemaal vragen die aan bod zouden kunnen komen in haar ideeënerupties van woord den beeld. Via een vooraf uitgetekend script van tekst en beeldfragmenten transformeert ze alledaagse situaties, bevraagt en herbevraagt ze, tracht uit te zoeken hoe de wereld in elkaar zit.
Door het direct contact tussen artiest en publiek zijn persoonlijke emoties voelbaar. Tot op een bepaalde hoogte herkent de bezoeker een analogie met zijn eigen activiteiten, vragen en twijfels. De cryptische bespiegelingen van Marte Van Dessel confronteren hem met de schijnbaar bedwongen rust van het leven.
Han Hoogerbrugge studeerde schilderen aan de academie van beeldende kunsten Rotterdam maar verruilde de kwasten al snel in voor een muis en internetaansluiting. Aangetrokken door de ongekende mogelijkheden van het web ontstond de site Modern Living.
Han Hoogerbrugge maakt korte, krachtige animaties in een sober zwart wit kleurenpalet aangevuld met subtiele kleuraccenten. In alle filmpjes figureert steeds dezelfde man in zwart pak, zijn alter ego, in sterk variërende, groteske, hilarische, surreële en licht provocerende situaties.
In de animatie ‘soepdrinkers’ zien we vier dezelfde mannen in zwart maatpak aan een vierkant tafeltje hun kom soep uitslurpen. Op geregelde tijdstippen geeft één van de soepdrinkers een tafelgenoot ‘een stevige uppercut’ waarna hij rustig verder soep drinkt. Achter deze schijnbaar eenvoudige situatieschetsen schuilt meer dan wat aan de oppervlakte zichtbaar is. Het ritme van consumptie en het gemoedelijke, familiale samenzijn worden op hilarische wijze in vraag gesteld. De karakters zijn zo verdiept in hun handeling, consumeren, dat zij amper oog hebben voor wat er rondom zich gebeurt.
Han Hoogerbrugge legt de dingen waarmee we in het hedendaagse leven geconfronteerd worden bloot en stelt ze in vraag. Kleine gebeurtenissen worden ontmanteld, ontdaan van hun hypocrisie, hun demonen, hoop, angst en lust. Hierdoor schept Hoogerbrugge terug ruimte om te denken, geeft hij ons de nodige associatieve prikkels vanuit een herkenbaar figuratief referentiekader.
Rik Van de Wouwer maakt ruimtelijke kunst waarin de bezoeker zichzelf, of verdrongen elementen van zichzelf kan (her)ontdekken. Zijn installaties bevragen de wereld rondom ons op een filosofisch poëtische manier. Ze moedigen ons aan tot deelname, tot bezinning en tot het maken van associaties. Hierdoor wil de kunstenaar ons confronteren met primaire gevoelens, zoals nieuwsgierigheid, extase, mystiek, gevaar, intuïtie,…, die door de maatschappij worden verdrongen. Remmingen die we onbewust loslaten als het gebruikelijke referentiekader wegvalt.
Om dit doel te bereiken maakt Rik Van de Wouwer ruimtes en sculpturen die hij omschrijft als Test Object Yard products en waarin de bezoeker letterlijk zelf kan instappen, onderzoeken, aan deelnemen. Zo vormt het werk hangende hoofden een module van holle helmachtige hoofden die al naar gelang de behoefte kan uitgebreid of aangepast worden. Als we ons hoofd er insteken sluiten we ons even af van de buitenwereld en worden we deel van het kunstwerk. Als andere bezoekers op hetzelfde moment deelnemen aan de installatie worden we met hen verbonden. Een ervaring die bewust of onbewust invloed heeft op onze zintuigen.
Rik Van de Wouwer is niet op zoek naar een steeds terugkerende, aanhoudende ervaring maar eerder naar korte, intense belevenissen die de bewustwording versterken. Binnen dit gegeven tracht hij onze zintuigen optimaal te prikkelen. Hiermee speelt hij in op een universele behoefte, nml. nieuwsgierigheid, de behoefte om te ontdekken en op zoek te gaan naar zichzelf.
Koen Broucke is een verzamelaar, onderzoeker, verhalenmaker. In reeksen aquarellen, soms aangevuld met ensembles van allerhande objecten, legt hij verschillende aspecten van de menselijke psychologie bloot. Hiervoor maakt hij gebruik van tekst en beeldfragmenten uit allerhande drukwerk. Zijn persoonlijk beeldarchief dient niet alleen als een onuitputtelijke bron van inspiratie maar heeft ook het karakter van een beeldendagboek van de kunstenaar zijn hoogstpersoonlijke interesses en fixaties.
In De Bijl toont Koen Broucke een reeks portretten met fictieve, gerecycleerde tekstgedeeltes op. Tussen de aquarelportretten en de tekstfragmenten uit de reeks ‘menskunde’ ontstaat een interessant spanningsveld. We voelen hoe de personages hun teksten debiteren, als acteurs die ons toespreken, een dialoog tussen regisseur/kunstenaar en publiek. De subtiel geschilderde portretten roepen een ontspannen, bijna onverschillige houding op. In combinatie met beeld krijgen magazinehoofden een andere betekenis, een nieuw leven.
Koen Broecke spreekt het publiek op een ludieke, licht ironiserende manier aan. Geen enkel onderwerp is taboe. Balancerend op de grens van het subjectieve en objectieve creëert hij een geheel nieuwe werkelijkheid. Eén die het echte leven op een speelse, tragische, integrerende manier bevraagdt en een aantal stereotiepen in vraag stelt.
Kunst is sexy, kunst is spannend, actuele kunst gaat over jou tijd en jouw cultuur, het prikkelt de fantasie, het lijf en de leden, en scherpt het verstand aan. Met het enter project wil de adviescommissie van De Bijl beloftevolle nieuwlichters binnen de beeldende kunst, performance, video, … op gestructureerde wijze een plaats geven in haar beleid. Enter kan je op verschillende manieren interpreteren. Enteren is de gekende manier van piraten, lees de nieuwe generatie kunstenaars, om een schip (de kunstscène) te veroveren. Enter kunnen we ook zien in de betekenis van ‘zijn intrede doen’ iets afsluiten (met de enter toets) om opnieuw te beginnen.
Enter, this body is een samenvoeging van enter en de subtitel this body. In deze tentoonstelling bracht werkgroep de bijl vijf hedendaagse kunstenaars samen die gebruik maken van de menselijke figuur en hem hun eigen inhoud en/of handelen opleggen. Sommigen creëerden hiervoor een fictief personage als drager van hun artistiek project. Anderen vertrekken van de mens, de bezoeker en voegden er objecten aan toe, regisseerden hem, of dwongen hem tot fysieke deelname aan hun universum waardoor hij onlosmakelijk deel wordt van het kunstwerk. Door fictieve of concrete figuren te exploreren, uit te kleden, verwonden, citaten in de mond te leggen, … ontstaat er een dialoog tussen de maker en object, tussen publiek en kunstwerk. Als de schaduwspelers achter de muur, in Plato’s grot, creëerden deze kunstenaars met hun attributen een eigen universum en de bezoeker kijkt toe. In tegenstelling tot de gevangenen in Plato’s grot kunnen zij echter vrij bewegen en op zoek gaan naar de diepere betekenis van de geregisseerde werkelijkheid. Een werkelijkheid die alleen in het hoofd van de kunstenaar bestaat en die soms poëtisch, grotesk, vreemd kan lijken.
Carina Gosselé’s interesse gaat uit naar de waarnemingspsychologische processen van individuen in tijd en ruimte.
Zij confronteert de bezoeker met een visueel residu van haar gereconstrueerde innerlijke wereld.. Concreet krijgen haar gedachten vorm in de ruimte waar haar performances, video’s en installaties ontstaan. In dialoog met de toeschouwer vormt er zich een nieuwe realiteit.
Voor ‘Trans- Dance’ (Het Latijnse woord trans betekent ‘aan de overkant van, over, over...heen) vroeg Carina Gosselé verschillende mensen voor haar camera te ‘bewegen’. De figuren kregen de opdracht te putten uit hun recent of ver verleden en te dansen op hun lievelingsmuziek zoals die in hun herinnerring leeft. Als werden ze terug in de tijd gekatapulteerd, in hun favoriete dancing, fuivend met vrienden of in trance tijdens een wild feestje. Alleen voor de camera zonder muziek, zonder de mensenmassa om zich achter te verstoppen krijgen de figuren iets kwetsbaar, naakt, puur. Carina Gosselé analyseert door middel van haar onderwerp de dansende mensen die putten uit hun herinnering. Voor de toeschouwer werkt dansen hier als een reflectiescherm. We zien dansende mensen maar tegelijkertijd dalen we zelf ook af in onze herinneringen. Deze verdubbeling werkt op een onbewust niveau door.
Als je je laat meevoeren in Gosselé’s werk dan komt er een spel op gang tussen lichaam en geest, van toe-eigening en herkenning. Dans, herinnering en reconstructie vullen elkaar aan. Het is deze mentale vervreemding die als ontvreemding wordt ervaren. Het beeld van Gosselé’s innerlijke wereld wordt zelfbeeld.
Whath if i would be an artist? Is de vraag waarmee de performance van Marthe Van Dessel in De Bijl aanvangt. Deze vraag lijkt op het eerste gezicht tegenstrijdig en zelfs een beetje provocerend aangezien Marthe ’s werk in een tentoonstellingsruimte samen met werk van andere kunstenaars getoond wordt.
Voor Marte Van Dessel is niets echter vanzelfsprekend. Haar performances staan bol van tegenstrijdigheden, taalspelletjes en kunstsociologische beschouwingen. Via een imaginair personage tracht ze het publiek deelachtig te maken van haar hoogst individuele bespiegelingen. Hierbij worden alle zekerheden in vraag gesteld, graaft ze naar de wortels van de kunst, de maatschappij, het bestaan. Ze pakt vrouwen-, mannen-, en genderkwesties aan, toont beeld- en woordcombinaties met een grote veerkracht. Waarom zijn kunstenaars arm? Wat is zelfpromotie? Houd je me voor de aap? Zijn kunstenaars sterren? Het zijn allemaal vragen die aan bod zouden kunnen komen in haar ideeënerupties van woord den beeld. Via een vooraf uitgetekend script van tekst en beeldfragmenten transformeert ze alledaagse situaties, bevraagt en herbevraagt ze, tracht uit te zoeken hoe de wereld in elkaar zit.
Door het direct contact tussen artiest en publiek zijn persoonlijke emoties voelbaar. Tot op een bepaalde hoogte herkent de bezoeker een analogie met zijn eigen activiteiten, vragen en twijfels. De cryptische bespiegelingen van Marte Van Dessel confronteren hem met de schijnbaar bedwongen rust van het leven.
Han Hoogerbrugge studeerde schilderen aan de academie van beeldende kunsten Rotterdam maar verruilde de kwasten al snel in voor een muis en internetaansluiting. Aangetrokken door de ongekende mogelijkheden van het web ontstond de site Modern Living.
Han Hoogerbrugge maakt korte, krachtige animaties in een sober zwart wit kleurenpalet aangevuld met subtiele kleuraccenten. In alle filmpjes figureert steeds dezelfde man in zwart pak, zijn alter ego, in sterk variërende, groteske, hilarische, surreële en licht provocerende situaties.
In de animatie ‘soepdrinkers’ zien we vier dezelfde mannen in zwart maatpak aan een vierkant tafeltje hun kom soep uitslurpen. Op geregelde tijdstippen geeft één van de soepdrinkers een tafelgenoot ‘een stevige uppercut’ waarna hij rustig verder soep drinkt. Achter deze schijnbaar eenvoudige situatieschetsen schuilt meer dan wat aan de oppervlakte zichtbaar is. Het ritme van consumptie en het gemoedelijke, familiale samenzijn worden op hilarische wijze in vraag gesteld. De karakters zijn zo verdiept in hun handeling, consumeren, dat zij amper oog hebben voor wat er rondom zich gebeurt.
Han Hoogerbrugge legt de dingen waarmee we in het hedendaagse leven geconfronteerd worden bloot en stelt ze in vraag. Kleine gebeurtenissen worden ontmanteld, ontdaan van hun hypocrisie, hun demonen, hoop, angst en lust. Hierdoor schept Hoogerbrugge terug ruimte om te denken, geeft hij ons de nodige associatieve prikkels vanuit een herkenbaar figuratief referentiekader.
Rik Van de Wouwer maakt ruimtelijke kunst waarin de bezoeker zichzelf, of verdrongen elementen van zichzelf kan (her)ontdekken. Zijn installaties bevragen de wereld rondom ons op een filosofisch poëtische manier. Ze moedigen ons aan tot deelname, tot bezinning en tot het maken van associaties. Hierdoor wil de kunstenaar ons confronteren met primaire gevoelens, zoals nieuwsgierigheid, extase, mystiek, gevaar, intuïtie,…, die door de maatschappij worden verdrongen. Remmingen die we onbewust loslaten als het gebruikelijke referentiekader wegvalt.
Om dit doel te bereiken maakt Rik Van de Wouwer ruimtes en sculpturen die hij omschrijft als Test Object Yard products en waarin de bezoeker letterlijk zelf kan instappen, onderzoeken, aan deelnemen. Zo vormt het werk hangende hoofden een module van holle helmachtige hoofden die al naar gelang de behoefte kan uitgebreid of aangepast worden. Als we ons hoofd er insteken sluiten we ons even af van de buitenwereld en worden we deel van het kunstwerk. Als andere bezoekers op hetzelfde moment deelnemen aan de installatie worden we met hen verbonden. Een ervaring die bewust of onbewust invloed heeft op onze zintuigen.
Rik Van de Wouwer is niet op zoek naar een steeds terugkerende, aanhoudende ervaring maar eerder naar korte, intense belevenissen die de bewustwording versterken. Binnen dit gegeven tracht hij onze zintuigen optimaal te prikkelen. Hiermee speelt hij in op een universele behoefte, nml. nieuwsgierigheid, de behoefte om te ontdekken en op zoek te gaan naar zichzelf.
Koen Broucke is een verzamelaar, onderzoeker, verhalenmaker. In reeksen aquarellen, soms aangevuld met ensembles van allerhande objecten, legt hij verschillende aspecten van de menselijke psychologie bloot. Hiervoor maakt hij gebruik van tekst en beeldfragmenten uit allerhande drukwerk. Zijn persoonlijk beeldarchief dient niet alleen als een onuitputtelijke bron van inspiratie maar heeft ook het karakter van een beeldendagboek van de kunstenaar zijn hoogstpersoonlijke interesses en fixaties.
In De Bijl toont Koen Broucke een reeks portretten met fictieve, gerecycleerde tekstgedeeltes op. Tussen de aquarelportretten en de tekstfragmenten uit de reeks ‘menskunde’ ontstaat een interessant spanningsveld. We voelen hoe de personages hun teksten debiteren, als acteurs die ons toespreken, een dialoog tussen regisseur/kunstenaar en publiek. De subtiel geschilderde portretten roepen een ontspannen, bijna onverschillige houding op. In combinatie met beeld krijgen magazinehoofden een andere betekenis, een nieuw leven.
Koen Broecke spreekt het publiek op een ludieke, licht ironiserende manier aan. Geen enkel onderwerp is taboe. Balancerend op de grens van het subjectieve en objectieve creëert hij een geheel nieuwe werkelijkheid. Eén die het echte leven op een speelse, tragische, integrerende manier bevraagdt en een aantal stereotiepen in vraag stelt.